Karl's Chimera

  • Blog
  • Portfolio
  • Gallery
  • About Karl
  • Contact Us

naya

Cry, wolf

Posted on 1 October 2019 3 Comments

Ik hou van wolven. Al vele jaren heb ik naar hen gezocht, hen bestudeerd en gefotografeerd.

Nu zorgt de wolf in eigen land voor controverse.

De eerste tekenen van een nieuwe bosbewoner: Wolf uitwerpselen.

Niemand meer vergevensgezind dan Moeder natuur, en ook inzake de terugkeer van de wolf naar de lage landen verliep alles sneller dan verwacht.

De grijze schim met loense ogen, zelden door een ander oog gezien… terug in het Vlaamse landschap.

Een landschap gekenmerkt door maïswoestijnen, verstedelijking en een paar groene stipjes. Al eeuwen hebben wij geen wouden meer die nooit eerder werden gekapt, en geen ononderbroken boscomplexen met rustgebieden. Zelfs in het bosgebied zijn er nagenoeg overal wegen, paden en mensen, en bijna in elk bos (inclusief veel reservaten) vindt jacht plaats. Wat we wel hebben zijn prooidieren, veel prooidieren. Toch hadden zelfs biologen er hun geld niet durven op inzetten dat er in dit landschap zo snel een territoriaal wolvenkoppel zou komen, inclusief nageslacht.

En toch kwam de wolf, wat meteen aantoont waarom wolven op de terugweg zijn in West-Europa. Ze hebben geleerd mensen te dulden, en -jammer genoeg voor hen- ook om mensen zelfs op te zoeken. Wij herbergen immers grote hoeveelheden hapklare prooidieren. Zenderdata tonen aan dat reislustige wolven die vanuit de kerngebieden in Oost-Duitsland verder westwaarts trekken, zonder probleem bruggen gebruiken en autostrades dwarsen. In het holst van de nacht trekken ze stiekem langs dorpen en dwars door open akkergebieden.

Twee verkenners maakten de tocht en vonden elkaar in Leopoldsburg. Ze paarden en begonnen een roedel, ongeveer 150 jaar na het afschieten van de laatste wolven in België.

Het heeft echter niet mogen zijn: Wetenschappelijk onderzoek en analyses van de Natuurinspectie brachten aan het licht dat de wolvin een onnatuurlijke dood stierf, kort na het werpen van haar jongen. Waardoor ook deze stierven. Tevens in hetzelfde gebied werden stropers opgepakt, en hun jachtverloven ingetrokken.

Hoe moet het nu verder?

Het is mijns inziens duidelijk dat zowel de INBO onderzoekers als de ANB boswachters al heel vroeg op de juiste kar sprongen en deden wat moest: Veehouders voorlichten met fencing workshops, terugbetalingsregelingen voor gedood vee treffen, wettelijke kaders opstellen en tevens ook genetisch onderzoek opstarten naar de oorsprong en populatiedynamiek van deze “first settlers”. Misschien wel het belangrijkste aspect, namelijk de bestaande jacht in deze nieuwe wolvengebieden, werd mijns inziens onderschat. En hier knelt nu het schoentje.

Natuur in België is zo versnipperd en het oppervlak aan strikt natuurreservaat zo beperkt, dat zwervende wolven wiskundig zeker zullen passeren of zich zelfs vestigen in gebieden waar jagers elk jaar grote bedragen aan pacht betalen.
Een voorbeeld: een gebied van 1000ha waar grote hoeveelheden edelherten verblijven, kan makkelijk €50.000 per jaar kosten aan pacht, teneinde de jachtrechten te verwerven. Dit maakt de jachtsector in veel gebieden by far de grootste financiële opbrengst van natuurlijke rijkdommen. In ruil krijgen de jagers van de overheid een quotum aan reeën, herten en everzwijnen die mogen geschoten worden.
Heel veel discussies zijn terug te brengen tot de relatie die onze overheden heeft met de jachtsector en het belang dat ze aan de inkomsten hiervan hecht.

In principe zou dit echter helemaal geen probleem mogen geven, wolven zijn immers bij wet beschermd en mogen nooit bejaagd worden! Van een wolf blijf je als weidelijke jager simpelweg af. In heel correcte landen, zoals Nederland, blijkt die aanpak voldoende.
In België echter, en ik spreek hier als jagerszoon van weleer, denken heel veel jagers dat omdat zij deze hoge sommen betalen, ze in deze gebieden meer recht van spreken hebben dan andere partijen. “Den bos is van ons”, en dit geeft een ingebeeld hoederecht over alle grote dieren die hierin leven. Wolven doden daarenboven elke week wel een ree, hert of everzwijn, en hun geurvlaggen zullen op termijn vaak het resterende jachtwild schuwer maken, waardoor deze moeilijker te bejagen zijn. De waarde van een jachtrevier daalt dus in meer of mindere mate door de aanwezigheid van de wolf. Kan het een pasmunt zijn dat jagers in gebieden waar wolven zich settelen in hogere dichtheden minder pacht moeten betalen omdat er veel jachtwild sneuvelt?

Het gevolg van dit alles is dat het zeer lang zoeken is naar een jager die de wolf verwelkomt. Ik heb er nog nooit een ontmoet. Maar ik ken er wel die de wolf respecteren en zouden aanvaarden. Dat zijn ook die jagers die hun gebied ecologisch beheren, uiteraard om een hoge wildstand te verwezenlijken, maar de natuur kan er enkel baat bij hebben. Die jagers bestaan dus echt wel, en verdienen een stem in het debat.

Doorgaans spreken jagers echter harde taal die door de overkoepelende organisaties zoals de Hubertus vereniging Vlaanderen misschien wat harder mag teruggefloten worden. Voor mij is het duidelijk dat deze organisatie in veel gebieden weinig of geen vat heeft op de “jachtclans” die vaak al decennia lang eenzelfde jacht pachten. In sommige van die clans geldt de regel dat “de vijand van mijn jachtwild ook mijn vijand is”, en gebeuren misdrijven die hun weidelijke collega’s nooit zouden goedkeuren.

Wie zal er dan aan het langste eind trekken?
Voor mij hopelijk de wolf, die als vlaggenschip soort meer empathie en middelen kan mobiliseren dan wij als natuurliefhebber dat ooit zouden kunnen.
Daarvoor moeten natuurbeheerders en jagers vrede vinden in hun “mariage obligatoire”, en dienen de overkoepelende jachtorganisaties hun stallen beter en vaker uit te mesten.

Landen als Spanje, de VS en Canada bewijzen al vele jaren dat grote gezonde wolvenpopulaties kunnen bestaan in gebieden met een hoge jachtdruk, en dit door jaarlijks een heel beperkt aantal wolven te laten schieten. Dat voelt heel fout aan in de ogen van elke natuurliefhebber en blijft ook voor mij controversieel, maar creëert wel een draagvlak onder de jachtgemeenschap. Zo niet krijg je vaak situaties zoals in Frankrijk en Polen, met veel meer gestroopte wolven dan er anders zouden legaal geschoten zijn. Het is kiezen tussen de regen en de drup.

Laat ons echter beginnen met de enkele pionierswolven die ons landje rijk is te verwelkomen, hen asiel aan te bieden, trots te zijn op hun aanwezigheid, en de schade die dit beperkt aantal individuen toebrengt aan jachtwild en vee, te relativeren. Zaten er trouwens niet veel te veel everzwijnen in Limburg?

Posted in: Geen categorie | Tagged: august, jacht, naya, wolf, wolvin

Categories

  • Dieren
  • Geen categorie
  • Mensen
  • Milieu
  • Planten
  • Reizen

Recent Posts

  • Back to Mongolia
  • JM
  • Cry, wolf
  • Pallas Cat and Snow Leopard in the lands of Genghis Khan
  • Eyes seen by no other eye
  • Forgot I had a website
  • The European rain forest?
  • In the old shed

Archives

Copyright © 2023 Karl's Chimera.

error: Content is protected !!