KETNET


Vorige week kreeg ik het bezoek van een vijfkoppig KETNET team aan boord, ze wilden drie minuten beeld over de overbevissing van onze Noordzee.

Ze hebben veel gekregen van de zee, maar door het slechte weer ook veel teruggegeven :s


Verslijming van de Noordzee

Geen slapjanussen die kwallen, maar heuse toppredatoren in verstoorde voedselwebben…


Fishing down the foodweb in de zuidelijke Noordzee gekoppeld aan de opmars van kwallen (figuur opgesteld door Hans Hillewaert en mezelf).
Let op oorkwal, fint, ansjovis, mul, makreel, zeebaars, kleine pieterman, kabeljauw, Calanus helgolandicus

Met de uitdrukking “fishing down the foodweb” wordt bedoeld dat visserijen zich in het begin doorgaans richten op de grootste soorten, die het meest commercieel interessant zijn, maar vaak ook minder goed bestand zijn tegen een intensieve visserijdruk. Doordat het bestand van deze top predators sterk achteruit gaat, worden de kleinere soorten minder gepredeerd waardoor het bestand aan kleiner soorten kan toenemen. Vervolgens zijn deze soorten de volgende doelsoorten voor de visserij.

Uit wereldwijd wetenschappelijk onderzoek is meermaals gebleken dat kwallen het goed doen in deze overbeviste systemen, ze tieren welig op het voedsel dat niet langer door de vissen wordt gegeten.

Kwallen eten zowel de vissenlarven en -eitjes op, als het zoöplankton waarmee deze larven zich voeden. Ze ageren dus zowel als concurrent  en als predator van de vissen. Dit in combinatie met een zeer hoge reproduceerbaarheid en het feit dat ze  zelf amper op het menu staan van andere soorten, leidt tot een probleemsituatie (trofisch doodlopend straatje) waaruit soms geen uitweg mogelijk is. Op deze manier kunnen kwallen toppredatoren worden,  visbestanden reguleren en deze verder onder druk zetten.

Kwallen worden in de Noordzee vooral gereguleerd door licht, watertemperatuur, zoutgehalte en voedselaanwezigheid, die op hun beurt beïnvloed worden door grootschalige atmosferische patronen in windrichting en zeestromingen. Deze atmosferische patronen zitten vervat in de Noord-Atlantische Oscillatie (NAO). Hoe groter de NAO, hoe meer warm Atlantisch water er richting Noordzee stroomt (Atlantic inflow) en hoe meer kwallen er in onze wateren blijken voor te komen.


Enkele van onze kleinere kwallensoorten: Wijzerszin beginnend van bovenaan:
Beroe cucumis, Mnemiopsis leidyi, Bougainvillea
sp. en Amphinema dinema

Reintje en vrienden

Na jaren zwoegen eindelijk een plek gevonden alwaar vossen geen ijle schimmen zijn die alle daglicht mijden, maar door het leven gaan als dagactieve fotogenieke schatjes. Een plek zonder weidelijke jagers die vinden dat het niet kan dat een wilde vos hun uitgezette kweekfazanten opeet, een plek zonder stroppen. In België moet hij sluw zijn, die vos heet.

Het moest hier allemaal heel snel gaan, de vos liep op een pad en dacht even na wat hij/zij die avond zou eten. “klik”

In hun spoor blijken deze vossen veel vliegende vriendjes te hebben, die als coprofaag voedsel halen uit hun drollen. De tweede foto toont klaverblauwtjes en zwart blauwtje foeragerend op uitwerpselen. Beelden genomen in Gran Paradiso NP, Italië